Wat we in contemplatie opnemen schenken we uit in liefde

Vandaag een prachtige bijdrage van één van de vaste columnisten, Abdulwahid van Bommel. Het raakt aan en is een commentaar op het gedicht van de soefi dichter en mysticus Rumi, ‘De Herberg’. Rumi zegt hierin dat je het menszijn kunt zien als een herberg, waarin vele gedachten, emoties en ideeën als gasten voorbij komen. Soms mooie ‘gasten’, soms ‘gasten’ die de boel kort en klein slaan, om plaats te maken voor nieuwe inzichten.
Mocht je het fijn vinden om de tekst van De Herberg te lezen, stuur dan een mail naar info@dekrachtvanliefde.nl

♥♥♥

Rumi verzoent de tegenstrijdigheden van onze dagelijks ervaringen, om niet tot een botsing maar tot een ‘dialoog van beschaafde mensen’ te komen.
Menselijke ervaring heeft veel kanten, waardoor ‘waarheid’ heel persoonlijk wordt.
Soms onverstaanbaar, maar ook om te beseffen dat we beter kunnen leren ván dan vechten mét elkaar. Wanneer we alle folklore afleggen kunnen we zelfs de diepte van de overeenkomsten in elkaars innerlijk ervaren..

Volgens Rumi zien we dingen, mensen, gebeurtenissen en verschijnselen niet zoals ze zijn maar zoals wij zijn. Hij dringt erop aan niet meteen te oordelen en niet alleen op uiterlijke schijn en vorm af te gaan, maar om de menselijke ervaring na het ontwaken te ontwaren: Jezus wordt buiten de comfortzone van een herberg ervaren.

Rumi zegt: jullie zijn zelf die herberg en per mens verschilt het nogal of  je God wel of niet kan ontvangen. Vertel daarom de verhalen over die plezierige, verrijkende staat, die voorbij de beperkte vijf zintuigen en de zes dimensies gaat. Vanwege de vriendelijkheid en goedheid van de Geliefde kan zelfs de bitterheid van de dood zoeter smaken dan suikerriet. Als van dat suikerriet een stofje terechtkomt in de oceaan, verandert die van een zilte bittere, in een zoete oceaan. De staat waarin wij ons bevinden verandert van dag tot dag; gesteldheden stromen voorbij als een open rivier, zonder dam.

De ijskappen smelten maar onze ziel wordt steeds kouder. De onherkenbaarheid van wie we zijn en wat we doen, het toenemend gebrek aan cohesie, polarisatie, vervreemding.
Het lijkt of de mens verkilt, zich steeds verder terugtrekt, sociale verbanden verwaarloost en vaardigheden en saamhorigheid uit het oog verliest.

Zorgelijke gedachten nemen je in beslag en bederven de vreugde, maar zijn tegelijkertijd een voorbereiding op nieuwe vreugde. Opdat niets de bron van goedheid kan beletten, reinigt eerst de zorg het innerlijk huis van vreemde smetten. Het schudt gele bladeren van de takken van het hart en zorgt steeds opnieuw en continu voor groen blad.

Elke dag brengt weer een nieuwe en andere vreugde; een nieuwe gedachte en een nieuw inzicht. Elke dag worden we overvallen door een geëerde gast; een nieuw idee dat we welkom heten. Mijn geliefde ziel, beschouw een idee als een persoon, want niet elk mens ontleent waarde aan zijn vaste denkpatroon, maar aan dat waar geen woorden voor zijn en ons toch bekend is.

Abdulwahid van Bommel